-
1 poser
poser [poozee]1 poseren ⇒ een houding aannemen, geaffecteerd doen♦voorbeelden:1 poser à qn. • voor iemand door willen gaan, iemand na-apenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 plaatsen ⇒ aan-, op-, in-, afzetten, ergens (neer)zetten, -leggen, hangen3 stellen ⇒ aannemen, uitgaan van4 stellen ⇒ opstellen, voorleggen, opwerpen5 aanzien, grote bekendheid geven ⇒ een status geven, doen opzien naar♦voorbeelden:poser son regard sur • zijn blik vestigen opposer le décor • het decor opstellenposer une pierre • een steen metselenposer des règles • regels opstellenposer que 〈+ aantonende wijs〉 • stellen, aannemen dat4 poser sa candidature pour • zich kandidaat stellen voor, solliciteren naarcela pose un problème • dat levert een probleem op1 geplaatst worden ⇒ (neer)gezet, gelegd worden, (be)rusten (op)3 gesteld worden ⇒ zich voordoen, opduiken4 zich voordoen (als) ⇒ zich opwerpen (tot), spelen (voor)♦voorbeelden:se poser en, en tant que • zich voordoen alsse poser comme • zich voordoen alsv1) poseren, een houding aannemen2) steunen (op)4) een tijdopname maken [foto]5) plaatsen6) stellen -
2 combat
combat [kõbaa]〈m.〉♦voorbeelden:combat de rue • straatgevechtcombat aérien, naval • luchtgevecht, zeeslagcombat singulier • tweegevechtmarcher au combat • ten strijde trekkensoutenir le bon combat • voor een goede zaak strijdenlivrer combat à qc. • iets bestrijdenêtre mis hors de combat • buiten gevecht gesteld wordenhors combat • uitgeschakeldm1) gevecht2) wedstrijd -
3 gain
gain [gẽ]〈m.〉♦voorbeelden:1 avoir, obtenir gain de cause • gelijk krijgen, in 't gelijk gesteld worden, iets gedaan krijgen; 〈 juridisch〉 een zaak winnen2 amour, soif du gain • geldzucht, winstbejagcéder à l'appât du gain • de verleiding van 't geld niet kunnen weerstaanles gains du parti • de ledenaanwas van de partijavoir la passion du gain • op winst uit zijnfaire un gain de place • ruimte uitsparenc'est un gain de temps • dat levert tijdwinst opêtre âpre au gain • op winstbejag uit zijn, geldzuchtig zijnm1) (het) winnen2) winst, voordeel3) toename -
4 avoir, obtenir gain de cause
avoir, obtenir gain de causegelijk krijgen, in 't gelijk gesteld worden, iets gedaan krijgen; 〈 juridisch〉 een zaak winnenDictionnaire français-néerlandais > avoir, obtenir gain de cause
-
5 être mis hors de combat
être mis hors de combat -
6 amoureux
amoureux [aamoereu]♦voorbeelden:tomber amoureux de • verliefd worden opun amoureux • geliefde, aanbidder, minnaar, vrijer1. m (f - amoureuse)geliefde, aanbidder, minnaar2. = amoureuse; adj2) liefde(s)-3) verzot (op) -
7 tenir
tenir [tənier]1 houden ⇒ vastzitten, weerstand bieden, standhouden2 een plaats, onderkomen vinden♦voorbeelden:le beau temps tiendra • het mooie weer houdt aantenir bon • volhouden, niet toegeventenir tout seul • blijven staanne plus pouvoir tenir, ne pouvoir y tenir • zijn geduld verliezen, ten einde raad zijncela tient toujours pour samedi? • gaat het zaterdag nog door? 〈 afspraak〉elle ne tenait plus debout (de fatigue) • ze kon niet meer op haar benen blijven staan (van vermoeidheid)cette histoire ne tient pas debout • dat verhaal snijdt geen hout2 ce que nous avons dit tient en quelques mots • wat we hebben gezegd kan in enkele woorden worden samengevat4 à quoi cela tient-il? • hoe komt dat?cela ne tient qu'à moi • dat hangt alleen van mij afqu'à cela ne tienne! • dat is geen bezwaar!II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 houden ⇒ vast-, tegenhouden4 (plaats) innemen ⇒ beslaan, bevatten♦voorbeelden:la colère le tient • hij is woedendtenir la comptabilité • de boekhouding voerentenir ses engagements • zijn verplichtingen nakomentenir ses larmes • zijn tranen inhoudence mal le tient • die ziekte houdt hem in haar greeptenir le pouvoir • de macht in handen hebbentenir qn. • iemand in zijn macht hebbentenir les voleurs • de dieven te pakken hebbenfaire tenir qc. à qn. • iemand iets doen toekomen〈 spreekwoord〉 un tiens vaut mieux que deux tu l'auras • één vogel in de hand is beter dan tien in de luchttenez, voilà votre argent • hier hebt u uw geldtiens! je ne l'aurais pas cru • hé, dat had ik niet gedachttiens, tiens! • wel, wel!→ bout, boutique, classe, cordon, estime, haleine, langue, lieu, mer, pari, parole, quitte, tête, vin1 zich vasthouden ⇒ leunen (tegen), zich houden2 staan ⇒ zich bevinden, plaats hebben3 waarschijnlijk, steekhoudend zijn ⇒ goed in elkaar zitten, met elkaar samenhangen♦voorbeelden:1 s'en tenir là • stoppen, ophoudensavoir à quoi s'en tenir • weten waar men zich aan te houden heeftse tenir à quatre • z'n woede met moeite bedwingen¶ s'en tenir à • zich houden aan, blijven bijse tenir qc. pour dit • zich iets voor gezegd houdenv1) vastzitten2) standhouden5) voortkomen6) lijken (op)7) (vast)houden8) tegenhouden9) hebben10) weerstand bieden11) in beslag nemen12) beschouwen (als)13) onderhouden -
8 revendicateur
revendicateur [rəvãdiekaatur],revendicatrice [rəvãdiekaatries]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m., v.〉♦voorbeelden:1 un revendicateur • eiser, iemand die eisen stelt
См. также в других словарях:
Panoramafreiheit — Urheberrechtlich geschützte Architektur des Künstlers Hundertwasser in Wien. Bildliche Wiedergabe aufgrund der Panoramafreiheit erlaubt Die Panoramafreiheit (auch Straßenbildfreiheit) ist eine Schranke des Urheberrechts. Diese erlaubt es… … Deutsch Wikipedia
Esel — 1. Als dem Esel zu wohl war, fiel er und brach ein Bein. 2. Als der Esel auss Hunger seinem Treiber Stro auss den Schuhen gezupfft vnnd gefressen, machtens Wolff vnnd Fuchs zur Todtsünd vnnd frassen den Esel. – Lehmann, 741, 43. 3. Alte Esel will … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Abraham Meldola — (* 13. Februar 1754 in Amsterdam; † 25. November 1826 ebenda), war der erste jüdische Notar in Deutschland. Zudem war er Schriftsteller, Übersetzer und Chasan (Kantor). Inhaltsverzeichnis 1 Leben 2 Werke 3 Literatur … Deutsch Wikipedia
Leben (Subst.) — 1. All Levve well widderlääv sin. (Köln.) – Firmenich, I, 475, 186. Ein unordentliches und übermüthiges Leben rächt sich. Weyden (II, 6) hat das Sprichwort in folgender Fassung, aber ohne Angabe seines Sinnes: All et Leven wel widerläv sin, oder… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon